Euthanasie is geen goed onderwerp voor aan een Engelse ontbijttafel

Verschenen in Trouw, 1 april 2023

Mijn tafelgenote vroeg verontwaardigd: “But why would you want to read about thát?” Die had ik niet aan zien komen. We zaten aan het ontbijt in een Engels hotel en om het gesprek op gang te krijgen, vertelde ik over een Nederlands krantenartikel dat ik net gelezen had, over euthanasie bij kinderen. Mijn tafelgenoot was medisch antropoloog, we zaten in dat hotel voor een bijeenkomst over geesteswetenschappen en de geneeskunde, dus dilemma’s rondom euthanasie leek me wel een geschikt gespreksonderwerp.

Maar ik was even vergeten dat we niet in Nederland waren, maar in Engeland: het land waar, als de koningin op sterven na dood is, het paleis laat weten dat de artsen “bezorgd” zijn. Euthanasie is in Engeland niet toegestaan – zelfs niet voor terminaal zieke volwassenen met een levensverwachting van een paar weken, laat staan voor kinderen. En het is er dus ook geen gebruikelijk gespreksonderwerp aan de ontbijttafel.

Voor mij als Nederlander was dat moeilijk voor te stellen. Terwijl ik, in stilte dan maar, mijn toast met marmelade wegkauwde, dacht ik erover na hoe het zou zijn om in Engeland te sterven. Stel, je had een moeilijk en pijnlijk sterfbed en wilde de dood wat eerder laten komen, wat dan? Dan niks – althans, niks legaals, want wellicht was er in het geheim, met een welwillende arts, hier en daar toch wel iets mogelijk. Maar toch, geen legale mogelijkheid om bij uitzichtloos en ondraaglijk lijden je leven te beëindigen: het kwam me voor als barbaars. Zoals het, vermoed ik, hele volksstammen buiten Nederland barbaars moet voorkomen dat wij barende vrouwen pas een ruggenprik aanbieden “als het echt niet meer gaat”.

Nederland is een van de weinige landen waar euthanasie legaal is. Dat heeft veel voordelen, en een ruime meerderheid van de Nederlanders is er dan ook blij mee, zo bleek ook weer uit het onderzoek dat Trouw liet uitvoeren naar onze omgang met het levenseinde.

Maar de positie van euthanasie in Nederland heeft ook een nadeel: nadenken over euthanasie is onontkoombaar. In Engeland kun je het onderwerp verontwaardigd van tafel vegen zodra iemand erover begint en verder negeren, maar in Nederland lukt dat niet. Iedereen die hier dood gaat, of dood wil, of misschien dood wil, wéét dat de mogelijkheid bestaat om een euthanasieverzoek in te dienen. En moet dus besluiten of ze dat wel of niet gaan doen.

Vaak is die keuzemogelijkheid fijn, maar niet altijd.

Enthousiaste voorstanders van euthanasie kunnen dat maar moeilijk begrijpen. Zij gaan er graag prat op dat zij niemand iets opleggen, terwijl de tegenstanders van euthanasie dat wel doen. Want, is het verwijt dan, tegenstanders van bijvoorbeeld verdere verruiming van de euthanasiewet, leggen hun persoonlijke levensovertuiging op aan de hele maatschappij. Voorstanders van verruiming laten juist iedereen vrij: je mag euthanasie, maar dat hoeft natuurlijk niet – je moet niks. Vrijheid!

Was het maar zo simpel. Nee, je hoeft in Nederland inderdaad niet voor euthanasie te kiezen als je dat niet wilt, maar je moet wel degelijk wat: je moet je verhouden tot de mogelijkheid je leven te laten beëindigen. Arts ouderengeneeskunde Nienke Nieuwenhuizen illustreerde dit vorig weekend in Trouw met een schrijnend beeld: stel je zit in het verpleeghuis, en je buurvrouw daar krijgt euthanasie, en die was er medisch veel beter aan toe dan jij, wat doet dat dan met jou?

Misschien besluit je na enig nadenken dat dit een persoonlijke afweging is en dat je buurvrouw blijkbaar anders over kwaliteit van leven dacht dan jij. Maar het zou ook kunnen dat je plotseling voelt dat het voor jou ook tijd wordt een euthanasieverzoek in te dienen. Of dat je leven ineens minder waard lijkt dan eerst. Zou het dan niet veel fijner zijn geweest om in een euthanasievrij Engels verpleeghuis te zitten?